Aanpassing belasting op spaargeld (box 3):
Op vrijdag 3 november 2017 heeft het ministerie van Financiën de nota van wijziging uitgebracht.
Aangaande box 3 had het vorige kabinet voorgesteld om in rendementsklasse 1 (sparen) voor het jaar 2018 uit te gaan van 1,30% en in rendementsklasse 2 (beleggen) van 5,38%.
Met name tegen de hoogte van de rendementsklasse 1 was veel verzet. De nieuwe regering stelde voor om niet langer te kijken naar de gemiddelde rente op spaartegoeden van de laatste vijf jaar, maar naar de gemiddelde rente op spaartegoeden over de laatste twee jaren.
Er hebben allerlei berekeningen plaatsgevonden. Besloten is om rendementsklasse 1 terug te brengen naar 0,6%. Dit geeft het volgende overzicht:
Effectieve heffing 2017:
Eerste schijf: € 0 tot € 100.000: 0,86 procent.
Tweede schijf: € 100.000 tot € 1.000.000: 1,38 procent.
Derde schijf: > € 1.000.000: 1,62 procent.
Effectieve heffing 2018:
Eerste schijf: € 0 tot € 100.000: 0,61 procent.
Tweede schijf: € 100.000 tot € 1.000.000: 1,30 procent.
Derde schijf: > € 1.000.000: 1,61 procent.
Opmerking BM:
Naast een verhoging van het heffingsvrije vermogen in box 3 van € 25.000 naar € 30.000 wordt ook de heffing in de eerste rendementsklassen fors naar beneden bijgesteld. Nadeel is dat hierdoor een budgettaire derving van € 451 miljoen euro plaatsvindt in 2018.
Dit gat zal op andere plaatsen weer gedicht moeten worden.