De Wet op de omzetbelasting bevat de navolgende informatie over het moment van factureren:

1. Een ondernemer moet een factuur uitreiken uiterlijk de vijftiende dag na de maand waarin hij een goed of een dienst heeft geleverd aan een andere ondernemer of rechtspersoon.
2. Bij vooruitbetalingen moet de ondernemer een factuur uitreiken vóór het moment waarop de vooruitbetaling opeisbaar is.

In een tweetal gevallen is een correctie van de BTW noodzakelijk als er met een vooruitbetaling gewerkt is.

1. Als een ondernemer goederen koopt en hij betaalt deze (deels) vooruit, doch uiteindelijk levert de leverancier de goederen niet. Het niet leveren kan verschillende oorzaken hebben, bijvoorbeeld fraude of faillissement van de leverancier. De btw die in aftrek is gebracht in verband met een vooruitbetaling moet worden herzien als de levering uiteindelijk niet plaatsvindt. De ondernemer heeft immers alleen recht op aftrek als hij de ingekochte goederen of diensten gebruikt voor btw-belaste prestaties. De goederen worden in dit geval helemaal niet gebruikt en dus moet de afgetrokken btw volledig worden terugbetaald. Als overigens de afnemer op de hoogte is van fraude, mocht in de eerste plaats de btw al niet worden afgetrokken !
2. Als vooruit wordt gefactureerd moet er wel een afspraak zijn gemaakt tot vooruitbetaling. Als een  leverancier vooruit factureert zonder dat daar afspraken over zijn gemaakt, en de afnemer betaalt de nota niet, dan heeft de leverancier volgens de rechter ten onrechte vooruit gefactureerd en kan de afnemer de btw ter zake van de factuur niet aftrekken. Als de afnemer de factuur wel betaalt, dan kan hij de btw natuurlijk wel aftrekken, omdat in dat geval de betaling duidt op een afspraak tot vooruitbetaling.

Opmerking BM-Advisering:  

In de praktijk dient met name de afnemer met een aantal punten rekening te houden alvorens hij de btw ter zake van de vooruit ontvangen factuur in aftrek kan brengen:

• De factuur dient overeen te komen met hetgeen tussen partijen is afgesproken (betaling in termijnen of in één keer);
• Ten tijde van de vooruitbetaling is het niet onzeker of de prestatie zal worden verricht (geen fraude);
• Als uiteindelijk niet wordt gepresteerd, moet de afnemer de afgetrokken btw terugbetalen.